Wanneer we zien hoe iemand met een hamer op zijn duim slaat, worden in onze eigen hersenen meteen de zenuw­cellen actief die ook in actie komen als we onszelf op de vingers zouden slaan. We voelen dan direct  medelijden met die ander, maar de kans is ook groot dat we zelf instinctief reageren door met een van pijn vertrokken gezicht .

Kijkend naar een filmpje over iemand die een pijnlijke behandeling ondergaat bij de tandarts, maakt dat er een rilling over je rug gaat alsof je het zelf ondergaat.

Wanneer je naar een spannende voetbalwedstrijd kijkt en er een beslissende penalty genomen gaat worden, gaan jouw spiegelneuronen  de bewegingen van de sporter nadoen. Dat weten we omdat de spierspanning heel licht toeneemt als je naar sport kijkt.

In al deze voorbeelden zijn onze spiegelneuronen dus actief.

Spiegelneuronen zijn bij de geboorte al aangelegd, maar ontwikkelen zich verder in contact met de ander. Kinderen leren hierbij, door het zenuwstelsel van de ander, om zelf met emoties om te gaan. Kinderen zoeken bijvoorbeeld in het begin geruststelling bij jou, omdat het zelf onrustig is. Later leert het kind steeds beter zichzelf tot bedaren te brengen oftewel zijn eigen zenuwstelsel te reguleren.

Of we nu naar een voetballer kijken die een penalty neemt of naar een filmpje van iemand bij de tandarts of naar de gelaatsuitdrukking en lichaamshouding van onze gesprekspartner, onze spiegelneuronen imiteren in ons brein de bewegingen die we waarnemen. Door dit spiegelen kunnen we ons goed inleven in en reageren op de ander. En dat is weer handig in sociale situaties.

Het denkproces  om de ander te begrijpen is dus blijkbaar niet nodig bij het inleven of verplaatsen in die ander. We hebben ze al begrepen nog voor we er een gedachte aan hebben gewijd. We hebben een intuïtief en belichaamd begrip van handelingen van anderen, al zonder het bewuste denken dankzij deze spiegelneuronen. Met ons bewuste denken kunnen we dit intuïtief aanvoelen wel corrigeren.

Ervaren hoe dat nu werkt: wat we zien is wat we voelen…..kijk dan naar het volgend filmpje en bemerk wat je voelt in je vingers:

Extra: uitleg van een wetenschapper:

Veel kijkplezier,

Esther